Ingmar Bergman
Laureaat Erasmusprijs 1965
Thema: Filmkunst
Ingmar Bergman deelde dit jaar de Erasmusprijs met Charles Chaplin, als vertegenwoordigers van respectievelijk de actuele filmkunst en de beginjaren van de film. Ingmar Bergman kreeg de Erasmusprijs omdat hij de film tot uitdrukkingsmiddel van belangrijke waarden en problemen wist te maken, waarbij hij een duidelijk persoonlijk stempel op de vormgeving drukte. Hiermee heeft hij voortdurend hoge eisen gesteld aan de ontvankelijkheid van zijn publiek. Bergmans werk was van grote invloed op jonge cineasten.
Ingmar Bergman werd als zoon van een predikant in 1918 in Uppsala geboren. Hij voelde zich aangetrokken tot het theater en wist na een universitaire opleiding een vooraanstaande plaats als regisseur en schouwburgdirecteur te veroveren. In 1944 begon hij als scenarioschrijver voor film. Dit medium sprak hem zo aan dat hij daarin is doorgegaan en tientallen films heeft gemaakt, waarvan hij doorgaans zelf het script schreef.
Bergman had grote belangstelling voor het metafysische en voor religieuze problemen. Doordat hij op indringende wijze – waarbij hij soms van schokkende beeldeffecten gebruikmaakt – de gedachten, de verlangens, het geloof, de onzekerheden, de twijfels en de ambities van de zoekende mens in zijn films vertolkt, herkent de toeschouwer als in een spiegel de roerselen van de eigen ziel.
Tot zijn bekendste films behoren Det sjunde inseglet (1957, Het zevende zegel), Smultronstället (1957, Wilde aardbeien), Tystnaden (1963, De grote stilte), Persona (1966, Maskers), Scener ur ett äktenskap (1973, Scènes uit een huwelijk) en Fanny och Alexander (1982, Fanny en Alexander). In 2003 maakte hij zijn laatste televisiefilm Saraband. Ingmar Bergman overleed in 2007.
Ingmar Bergman heeft het geld van de Erasmusprijs bestemd voor beurzen aan jonge cineasten uit verschillende landen. In Nederland werd een beurs toegekend aan Adriaan Ditvoorst; in Frankrijk aan Philippe Parrain; in Noorwegen aan Paul Løkkeberg; in Finland aan Risto Jawa.