Gronden van verlening

“Muziek kan de geest afleiden van al dat heilig is. Als we niet voorzichtig zijn, kan de kracht van muziek – door de oude Grieken gezien als een belangrijk onderdeel van hun algemene opleiding – ons naar vulgariteit, lichtzinnigheid en absurditeit doen afglijden.”

Zo schreef Desiderius Erasmus rond het jaar 1519 in een brief aan een goede vriend.

Erasmus beweert hier dat muziek door het hart te beroeren, gevaarlijk kan zijn voor de geest.
Echter, in een ode aan zijn vriend Ockeghem, die componist was, schreef hij: “Divina res est musica” –

“Muziek is een goddelijk iets…”

“…het kan als hulpmiddel dienen om tot het diepste begrip van de Heer te komen.”

“Om dit te kunnen laten plaatsvinden” – zo beweert Erasmus – “moet muziek minimaal van vorm zijn en bescheiden van uiterlijk.”

Het bestuur van de Stichting Praemium Erasmianum heeft besloten de Erasmusprijs 2019 toe te kennen aan de Amerikaanse componist en dirigent John Adams voor zijn bijdrage aan hedendaagse klassieke muziek.

De prijs wordt toegekend op de volgende gronden:

  • Door elementen uit de jazz, de populaire en de klassieke muziek aan elkaar te smeden, heeft hij een nieuw muzikaal idioom gecreëerd.
  • Volgens de jury heeft Adams de hedendaagse klassieke muziek weer ‘verstaanbaar’ gemaakt, belangrijk in een tijd waarin dit genre steeds meer moeite heeft om gehoord te worden.
  • Hij stelt in zijn werk regelmatig maatschappelijke vraagstukken aan de orde, hetgeen hij als taak van de kunstenaar ziet. Hij onderscheidt zich bovendien door de humanistische aard van zijn thema’s.
  • Niet alleen is hij een groot dirigent en componist, ook als schrijver reflecteert hij op de maatschappelijke functie van de klassieke muziek. Zo vraagt hij op muzikale en op intellectuele wijze – met het hoofd en met het hart – aandacht voor het belang van klassieke muziek in de huidige tijd.