Laudatio

Majesteiten, Koninklijke Hoogheid, Excellenties, dames en heren,

Staat u mij toe deze laudatio op een ongebruikelijk manier te beginnen, namelijk met een gedicht van Emily Dickinson. Het heet: To make a prairie.

To make a prairie it takes a clover and one bee, 
One clover, and a bee,
And revery.
The revery alone will do, 
If bees are few. 

Dit vederlichte en roerende gedicht, dat in een paar woorden het creatieve proces lijkt te schetsen, is door Peter Verstegen fantasievol naar het Nederlands vertaald:

Het maken van een wei vereist een klavertje en één bij, 
Eén klavertje, een bij,
En dromerij,
Genoeg is enkel dromerij 
Bij weinig bij. 

Deze regels van Emily Dickinson raken voor mij ook aan de muziek van John Adams: vindingrijk en ogenschijnlijk voor de hand liggend, maar wel gemaakt vanuit een sterke connectie met de wereld rondom. Voor ons niet-componisten – en dat zal voor velen van u ook gelden – is vooral die dromerij intrigerend.

Ik wil graag nog een zijsprong maken, namelijk naar Franco Donatoni, de in 2000 overleden Italiaanse componist, die ogenschijnlijk niets met John Adams te maken heeft. Met het Nieuw Ensemble heb ik veel muziek van hem uitgevoerd en hij vertelde dat hij eens werd aangesproken door een vrouw, die vroeg wat zijn beroep was. Hij antwoordde: ik ben compositore. Nu moet u weten dat ‘compositore’ in het Italiaans niet alleen ‘componist’ betekent, maar ook ‘letterzetter’, de letterzetter van een krant. “Aha,” zei de dame, “Mijn neef werkt ook bij de krant. U zet de letters in de goede volgorde!” Precies, zei Donatoni, “Ik ben als een letterzetter. Ik zet de noten in de juiste volgorde, in tijd en ruimte.”

Er zijn Italiaanse termen die wij musici elke dag gebruiken; zoals zijn ‘staccato’ en ‘legato’.

Denkend aan de muziek van John Adams roept bij mij ‘staccato’ een associatie op met zijn ritmische vitaliteit en kleurenschittering. En ‘legato’ met de gave om grote structuren én meeslepende lyrische melodieën te componeren.

Toch is ook voor hem het componeren nooit routine, maar een intens, deels intellectueel en deels onbewust proces. Adams vertelde dit toen hij op het Conservatorium van Amsterdam met de compositiestudenten in gesprek ging. Ik werd geraakt door de collegialiteit waarmee hij de studenten bejegende. Niet: “Wacht maar tot je zo oud en beroemd bent als ik”, maar: “Inderdaad, het is een hele kunst om een pakkend begin te verzinnen en daar een coherent vervolg aan te geven”. Het trof me hoe hij sympathiseerde met deze beginnende componisten.

John Adams is een buitengewoon gewaardeerd en gerespecteerd componist in het Nederlandse muziekleven. Hij onderhoudt warme banden met het Koninklijk Concertgebouworkest, het Radio Filharmonisch Orkest en het Schönberg Ensemble – drie ensembles die door de jaren heen een substantieel deel van zijn oeuvre hebben uitgevoerd, vaak met onze laureaat zelf op de bok. Een speciale plaats neemt Edo de Waart in, die begin jaren tachtig – vrijwel veertig jaar geleden – chef-dirigent was bij het San Francisco Orchestra. Niet alleen heeft hij verschillende stukken van Adams in première gebracht, hij heeft hem ook gestimuleerd om grotere werken te componeren waarmee hij het toen nog prille talent wellicht een doorslaggevend duwtje in de rug heeft gegeven.

Dat resulteerde in 1981 in de groots opgezette compositie Harmonium, waarvan de première gedirigeerd is door de Waart. Deze choral symphony is deels gebaseerd op tekst van – daar heb je haar weer – Emily Dickinson. Het is een schitterend en extatisch stuk dat doet denken aan de fascinerende titel: I was looking at the Ceiling and then I saw the Sky, Adams’ rockopera die in 1995 aan de Universiteit van Berkeley in première ging, geregisseerd door zijn rechterhand Peter Sellars en met een decor van graffiti-kunstenaars uit LA. Ook al is Harmonium voor een traditionelere bezetting van koor en orkest geschreven, wat zich voltrekt in de muziek is verre van gewoontjes: de hemel scheurt open en het licht begint binnen te stromen.

Harmonium is een sleutelwerk gebleken in het oeuvre van John Adams, dat wortelt in de minimal music van zijn iets oudere landgenoten Philip Glass en Steve Reich. Harmonium is het eerste stuk waarin Adams zichzelf meer complexiteit én vrijheid veroorloofde. Net als Louis Andriessen in ons land, heeft John Adams de minimal music naar een ander niveau getild of misschien moet je zeggen: een nieuwe fase ingeleid. De basis blijft die energieke motorische beweging, die stroom van herhalende noten die het moderne levensgevoel lijkt uit te drukken: snelheid, drukte, opwinding en optimisme – maar ook melancholie, bespiegeling en dromerij.

Dat repetitieve raster heeft hij opengesteld voor de muzikale invloeden die hij in zich opnam. En dat zijn er nogal wat. Die brede smaak kreeg hij van huis uit mee. Zijn moeder schitterde als ongeschoold zangeres in lokale musicalproducties. Zijn vader was een virtuoos klarinettist die zijn liefde voor dat instrument met toewijding en geduld op zijn zoon overbracht. Niet iedere hedendaagse componist zal samen met zijn vader in de plaatselijke marching band hebben gespeeld.

Klassiek, jazz, musical, folk en pop… maar ook muziektradities uit Azië en Latijns- Amerika – Adams is een veelvraat, die uit dit alles elementen ontleent en weer opdient in dat aansprekende, typisch Adamsiaanse idioom dat vele uitvoerders en luisteraars onmiddellijk zullen herkennen.

Zelf heeft John Adams ooit uitgelegd dat de Europese klassieke muziek, met zijn vaste twaalf tonen, voor hem ontoereikend is. The slide, de blue note – van Jimi Hendrix tot de Indiase raga, allemaal buigen zij die strak afgebakende noten juist om.

‘Componeren voor de huidige tijd’ is het thema van de Erasmusprijs 2019. Het bestuur is unaniem van mening dat John Adams dit motto meer dan waarmaakt. John Adams is – na Olivier Messiaen in 1971 en Mauricio Kagel in 1998 – de derde componist aan wie deze prijs wordt toegekend. Zijn muziek vindt weerklank bij een groot, gevarieerd publiek en straalt af op de eigentijdse klassieke muziek als geheel. Dat Adams direct voeling heeft met de maatschappij blijkt misschien nog wel het duidelijkst uit de reeks opera’s die hij sinds 1985 samen met regisseur Peter Sellars heeft gerealiseerd: Nixon in China, Doctor Atomic, El Niño en A Flowering Tree zijn stuk voor stuk muziektheaterproducties die commentaar geven op actuele, al dan niet politieke gebeurtenissen. Persoonlijk was ik erg geraakt door de openingsscène van de opera The Death of Klinghoffer, waar het Israëlisch- Palestijnse conflict een hoofdthema is. Meteen in de koren van zowel de Palestinians als the exciled Jews toont Adams empathie met beide kampen, en dat is hem niet overal in dank afgenomen, maar ik vind het humaan en grensoverschrijdend.

Het is voor mij een grote eer om vanavond het concert voor John Adams te dirigeren, waarin drie van zijn composities klinken. In de geest van Zijne Koninklijke Hoogheid Prins Claus, de vader van onze koning en de betreurde echtgenoot van Hare Koninklijke Hoogheid Prinses Beatrix, die 21 jaar geleden – bij een officiële speech – zijn stropdas weggooide, weet ik nog niet precies wat ik van deze outfit aan zal houden.

Uitgesproken door Ed Spanjaard, namens het Bestuur, 28 november 2019