Wiebe Hommes
Winnaar Dissertatieprijs 2025
Dissertatie
Co-creating European human rights: How the Netherlands received and shaped the European Convention on Human Rights, 1945- 2022
Promotoren: Prof. dr. C. Eckes, Prof. dr. M. de Wilde
Voordracht: Universiteit van Amsterdam, Faculteit der Rechtsgeleerdheid
Overwegingen van de selectiecommissie
‘The Convention, c’est nous’, schrijft Wiebe Hommes in zijn gedegen en veelzijdige dissertatie Co-creating European Human Rights: How the Netherlands Received and Shaped the European Convention on Human Rights. Hij benadrukt daarmee dat dit belangrijke verdrag bestaat en effect heeft niet slechts door de inspanningen van het hof, maar die van ons allemaal: van juristen en bestuurders tot wetenschappers en activisten. Door naar de totstandkoming en uitvoering van het verdrag te kijken en de waaier aan actoren die daarin een rol speelt, schetst dr. Hommes een dynamisch beeld dat draait om de voortdurende co-creatie, in plaats van de receptie van eenmaal vastgelegd recht. Door vele factoren mee te wegen, laat het proefschrift zien dat het huidige Europese Verdrag van de rechten van de Mens geen vanzelfsprekendheid is, het had ook anders kunnen lopen. Het Verdrag is mensenwerk.
Het proefschrift is volgens de jury een welkome toevoeging aan de juridische en rechtssociologische literatuur door de keuze voor een meer historische benadering. Het volgt zo de continue constructie van het verdrag in opeenvolgende ontwikkelingen, zoals de Europese integratie, de dekolonisatie van het Koninkrijk der Nederlanden, en het einde van de Koude Oorlog. Door de diepgravende archiefstudie en het kritisch confronteren van rechtssociologische theorieën over het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens levert deze studie een innovatieve bijdrage aan internationale debatten over de omgang met mensenrechten binnen staten. En tegelijkertijd kijkt het voortdurend over landsgrenzen heen, door bewust oog te hebben voor het gegeven dat het Koninkrijk der Nederlanden zich uitstrekt tot buiten Europa. In de jaren ‘60 kwam ook het Caribisch deel van het Koninkrijk, de voormalige Nederlandse Antillen en Suriname, onder de bescherming van het verdrag te vallen. Daarmee veranderde ook het karakter van het verdrag van een overeenkomst rondom Europese integratie naar de inclusie van zaken aangaande individuele mensenrechten.
De jury is zeer te spreken over de heldere taal waarin het proefschrift is geschreven. Het maakt de materie toegankelijk voor een brede groep aan belangstellenden. Daarbij acht de jury ook het onder de loep nemen van de canon en het corrigeren van algemene aannames prijzenswaardig, evenals de precieze manier van onderzoeken en onderbouwen. Het proefschrift getuigt van bevlogenheid voor de internationale rechtsorde en betrokkenheid bij de samenleving, maar blijft ondanks de gevoelde urgentie van het onderwerp steeds rustig, nieuwsgierig en bescheiden van toon. Met de humanistische waarden als tolerantie, culturele veelvormigheid en ondogmatisch, kritisch denken in gedachten, is dit boek een welverdiende prijswinnaar.